Er breekt brand uit in het Amazonewoud en bange dieren slaan op de vlucht om te schuilen op de andere rivieroever. Alleen een kleine kolibrie blijft het vuur bekampen, wanneer hij een luiaard en zijn jong ziet die gevangen zitten in de vlammen.

Voor Henry is de gemeenschapstuin zijn ontsnapping aan het dagelijkse gezwoeg in de stad. De dag is echter aangebroken dat de tuin zal worden vernietigd. De buurtbewoners worden het niet eens over hoe ze de plek kunnen redden.

Het duurde zeven dagen om de wereld te scheppen, maar het duurt slechts één dag om hem helemaal op z’n kop te zetten.

Planten heersen over de planeet en alles lijkt harmonieus. Maar slijmerige, bewegende paddenstoelen verschijnen op de bladeren en verstoren de idyllie. Kan het leven van een soort voortbestaan als het niets heeft om op te parasiteren? En wat als sommige plantensoorten volledig verdwijnen?