De kleine Joséphine is dochter van een strenge dominee en een overstresste moeder. Ze leeft temidden van de idyllische Zweedse natuur, op het platteland. Maar ze verveelt zich. Op een dag ontmoet ze Gudmarsson tijdens een wandeling, een leuke tuinier, die haar voorstelt aan zijn neefje Hugo. Hij is net zo oud als zij, en heeft een eindeloze verbeelding. De film werd geselecteerd op Cannes in 1967, en won talloze prijzen sindsdien.